Zuurstofplanten zijn geheel of nagenoeg geheel aangewezen op het water. Onder invloed van zonlicht en met behulp van CO2 worden voedingsstoffen door het blad opgenomen en omgezet in biomassa. Bij dit zogenaamde assimilatieproces komt zuurstof vrij dat afgegeven wordt aan het water.
Onder gunstige omstandigheden kunnen deze planten enorm in omvang toenemen. Ze vormen dan ook een belangrijke pijler voor het natuurlijke evenwicht en zijn uiterst nuttig voor het helder en gezond houden van het vijverwater.
Omdat zuurstofplanten volledig in het vijverwater leven, zijn zij ook een indicator voor de waterkwaliteit. Aan de groei van Waterpest kunnen we vaststellen of de vijver al dan niet biologisch in evenwicht is.
Groei-optima wordt bepaald door de aanwezigheid van licht, temperatuur (12-25 C°), voedingsstoffen, waterkwaliteit en CO2. De oorzaak van groeibeperking of stagnatie kan doorgaans worden gezocht in de waterkwaliteit en het CO2 aanbod. Vooral het CO2 is een groeibeperkende factor die van belang is.
Minimaal is 5mgl CO2 nodig. Water neemt uit de atmosfeer geen CO2 op. De benodigde hoeveelheid moet dus in het watermilieu worden gevormd. De micro-organismen spelen hierbij een belangrijke rul.
Nieuwe siervijvers bevatten in het begin nog weinig micro- organismen en hebben dus een gering CO2 aanbod. Alvorens zuurstofplanten uit te zetten, is het verstandig de vijver 4 tot 6 weken te laten rijpen. Ook in vijvers met algproblemen is het niet verstandig om zuurstofplanten aan te brengen. Algengroei van enige omvang neemt zo efficiënt CO2 op uit het water, dat er werkelijk niets overblijft voor de zuurstofplanten.
In een koivijver kunnen GEEN zuurstofplanten gezet worden. De malse blaadjes zijn een lekkernij voor de koi.
Groeikansen
Optimale groeiomstandigheden voor zuurstofplanten zijn als volgt:
- De gezamenlijke hardheid moet liggen tussen GH 8 en GH 12.
- De carbonaathardheid moet liggen tussen KH 6 en KH 12.
- Het water moet voldoende sporenelementen (vooral ijzer) en koolzuur (CO2) bevatten.
De aankoop
Bij de aankoop van zuurstofplanten letten we op het volgende:
- De zuurstofplanten moeten frisgroen van kleur zijn en mogen geen rottingsverschijnselen vertonen.
- De waterbak van de handelaar waarin de zuurstofplanten staan, moet proper zijn en mag geen kwalijke geur verspreiden.
- Kies liefst voor grotere trossen.
- We kopen best niet te vroeg, de planten moeten sterk genoeg zijn.
Het planten
In de handel zijn een uitgebreid gamma zuurstofplanten beschikbaar.
Uitplanten in de vijver gaat van de lente tot in de zomer. Spreek ook af met vijvervrienden om zuurstofplanten uit te wisselen als ze uitgedund moeten worden.
Er worden best een drietal verschillende soorten aangeplant in een bezetting van een 5 bosjes zuurstofplanten per 1000 liter water.
Alle zuurstofplanten moeten gepoot worden, moeten een houvast hebben. Dit kan een bodemsubstraat, een vijversubstraat of zandlaag zijn.
Zuurstofplanten zijn in de handel los in bosjes of opgepot in een substraat te koop. De opgepotte hebben de voorkeur omdat deze wortels hebben en sneller in de groei geraken.
Vermeerderen
De zuurstofplanten worden eenvoudig vermeerderd door het nemen van stengelstekjes of topjes van stengels. We nemen deze in bosjes en planten ze opnieuw.
Onderhouden
Zuurstofplanten vragen in principe weinig onderhoud. In het voorjaar en de zomer kunnen we té grote bossen van zuurstofplanten uitdunnen. Wel niet te ingrijpend te werk gaan, maar beetje bij beetje. Wanneer we draadalgen hebben, zullen we de zwakste zuurstofplanten moeten vrijmaken van draadalgen. We nemen een stokje en draaien dit rond. Beschadig de zuurstofplanten zo weinig mogelijk.
Het uitdunnen van zuurstofplanten is noodzakelijk om ze groeikrachtig te houden en de concurrentie met de algen de baas te blijven.
Ziekten & problemen
- Verslijmen & wegkwijnen : Zuurstofplanten kunnen wel eens gaan verslijmen en wegkwijnen. Dit komt door té zacht en zuur water (te lage GH, KH, pH) . Het wegkwijnen van zuurstofplanten kan veroorzaakt worden omdat onvoldoende zonlicht de plant bereikt.
- Slakken : De malse, sappige blaadjes van sommige zuurstofplanten soorten kunnen wel eens opgegeten worden door slakken.
Nuttig advies
- Plant nooit zuurstofplanten in een groene, troebele vijver. Ze ontvangen niet genoeg zonlicht en gaan dood.
- Plant geen zuurstofplanten in een vijver met massale draadalgen. De draadalgen verbruiken alle CO2 en er blijft niets over voor de zuurstofplanten.
- Plant de vijverbodem niet volledig vul met zuurstofplanten. 1/3 deel is genoeg.
- De zuurstofplanten moeten vrij staan en moeten van direct zonlicht kunnen genieten. Zorg ervoor dat andere waterplanten dit licht niet ontnemen (waterlelies,…)
- Zuurstofplanten hebben voldoende CO2, veel zonlicht en een goede GH waarde nodig om te kunnen functioneren.
Assortiment
Zuurstofplanten zijn onmisbaar in een vijver: er is keuze uit in het water zwevende soorten (zoals gedoornd hoornblad) en de wortelende (zoals waterpest, vederkruid, waterviolier en andere). Hoornblad is de barometer voor een normale plantengroei; het is een kalk- minnende, snelgroeiende plant, die veel zuurstof levert. Waterpest: waar die in een groot aantal in vijvers voorkomt, is het water biologisch goed in evenwicht. Vederkruid: verlangt zon.
Volgende planten behoren eveneens tot de groep van de zuurstofplanten: drijvende waterweegbree, sterrekroos, fonteinkruid, waterranonkel en blaasjeskruid.